virtuele longkliniek paul bresser sanacoach

Paul Bresser (OLVG) over de virtuele longkliniek

Paul Bresser (OLVG) over de virtuele longkliniek

De polikliniek van longarts Paul Bresser in OLVG begeleidt inmiddels ruim 1600 patiënten met de SanaCoach. Hoe heeft hij de virtuele longkliniek opgebouwd? Wat zijn de resultaten? En hoe ervaren patiënten en zorgmedewerkers de begeleiding op afstand? Op de #SanaSummit in Amersfoort ging hij hier uitgebreid op in.

In 2016 beseft Paul dat er iets moet gebeuren. De COPD-zorgvraag in OLVG stijgt met ruim 10% per jaar wat zich vertaalt in groeiende wachtlijsten. Maar hij doet nog steeds onnodige routine controles. Hij wil daarom dat zijn team alleen nog patiënten ziet als het echt nodig is. Dat zij verslechtering eerder ontdekken om zo SEH bezoek en opnames te voorkomen. Dat patiënten meer regie over hun ziekte hebben. Én dat zijn collega’s worden ontlast.

Met de inzet van de SanaCoach beoogt het team de stap te maken van aanbod-gestuurde zorg naar vraag-gestuurde zorg op maat. Educatie via de app dient de patiënt meer grip te geven. Thuismonitoring van het grillige klachtenpatroon moet er voor zorgen dat patiënten op het juiste moment in beeld komen.

Een pilot met 50 zorg-zware COPD patiënten geeft een verbluffend en onverwacht resultaat. Het bezoek aan de SEH en het aantal opnames daalt met meer dan de helft. Ook het aantal consulten daalt significant. Tegelijkertijd ziet het team juist meer exacerbaties in de onderzoeksgroep. Kennelijk leidt de standaard zorg ertoe dat de polikliniek exacerbaties soms over het hoofd ziet.

Het team is overtuigd. De coronapandemie, stimulerende wetgeving, een welwillende houding van zorgverzekeraars, én steeds meer technologische mogelijkheden geeft de opschaling van de virtuele kliniek een push. In 2021 zijn er al bijna 800 gebruikers van de SanaCoach en inmiddels is dat aantal dus verdubbeld; dit mede dankzij de toevoeging van astma patiënten. De resultaten blijven in de praktijk van alle dag net zo positief als in de strak geregisseerde pilot. 

Om succesvol te zijn is wel een nieuw zorgpad nodig. Als je de SanaCoach gebruikt naast je oude zorgpad krijg je het alleen maar drukker. De E-coaching moet daarnaast op maat zijn, met een individueel zorgplan en individuele interventies. Tot slot heb je een koppeling met het EPD nodig en dien je ieder dagdeel een zorgmedewerker in te roosteren om de begeleiding op afstand te kunnen doen.

Die begeleiding is in de praktijk allesbehalve arbeidsintensief gebleken. De SanaCoach waarschuwt alleen bij een zorgelijke samenhang van klachten en dat scheelt. Op een gemiddeld drukke dag leidt dat tot tien zogenaamde “rode vlaggen”, waarbij een interventie nodig is. Daarnaast zijn er 5-10 bellers en 15-20 digitale contacten, waarbij de verpleegkundige advies geeft met behulp van standaard templates. Al met al kost dit het team 20 uur in de week om de 1600 patiënten te begeleiden.

De tevredenheid onder patiënten is hoog.  Ruim 80% geeft aan beter met de ziekte om te kunnen gaan en zich veiliger te voelen. Ook zou 79% de virtuele begeleiding aan anderen aanraden. En de business case? Die is positief bij deze schaalgrootte. De DBC inkomsten dalen wellicht iets, maar de interne kosten van het ziekenhuis dalen ook. Tegelijkertijd is er ruimte om meer patiënten te begeleiden. Zo voldoet het programma aan alle criteria van de z.g. ‘quadruple aim’.

De slides van de presentatie van Paul vindt u hier. 

mijnIBDcoach thea korpershoek

Thea Korpershoek (Albert Schweitzer) over mijnIBDcoach icm centrale monitoring

Thea Korpershoek (Albert Schweitzer) over mijnIBDcoach icm centrale monitoring

Het Albert Schweitzer ziekenhuis heeft de thuismonitoring gecentraliseerd. Hoe werkt dat in praktijk? Wat levert het op? En wat zijn randvoorwaarden voor succes? Verpleegkundig specialist Thea Korpershoek ging op deze vragen in tijdens de SanaSummit in Amersfoort.

Samen met haar collega’s op de MDL begeleidt Thea sinds 2018 mensen met een chronische darmziekte met hulp van mijnIBDcoach. De app biedt informatie op verschillende gerelateerde onderwerpen en een kort lijntje met het ziekenhuis. Ruim 700 patiënten maken er inmiddels gebruik van.

In de coronaperiode besloot het ziekenhuis een Centraal Thuis Monitoring Team (TMT) in te richten; in eerste instantie voor het monitoren van patiënten  met corona. Inmiddels is dit  team doorontwikkeld en kan alle vakgroepen ondersteunen bij telebegeleiding en het gebruik van E-health stimuleren. De TMT verpleegkundigen vangen de meldingen op, geven patiënten advies en stemmen waar nodig af met de hoofdbehandelaar of andere aangewezen zorgverleners.

Ook de MDL afdeling ging mee in deze strategie. In 2022 nam het TMT een deel van begeleiding van IBD patiënten over, maar daar ging wel een tijdsinvestering aan vooraf. De TMT verpleegkundigen moesten leren werken met mijnIBDcoach én kennis opdoen over (het dagelijks leven met) chronische darmziekten. Daarnaast waren heldere werkprocessen nodig. Misschien nog wel het belangrijkste was het creëren van draagvlak/ onderling vertrouwen, want het blijkt toch lastig dat als iets goed loopt dan deels “los te laten” aan anderen die je nog niet zo goed kent.

Na een inwerkperiode en een pilotfase is er nu een vrij heldere taakverdeling tussen de MDL polikliniek en het TMT. De verpleegkundigen van het TMT benaderen patiënten als ze hun account nog niet geactiveerd hebben, verwerken de welkom-sessie, de screeningslijst voor het starten met een biological (medicijnen die uit dierlijke of menselijke eiwitten bestaan), de voorbereiding spreekuur vragenlijst en de periodieke checks. Voor de rapportage in het patiënten systeem is een sjabloon gemaakt wat door de TMT én door de MDL verpleegkundigen wordt gebruikt, waardoor eenduidigheid wordt gecreëerd. Als reactie op ingevulde vragenlijst kunnen standaard berichten naar patiënten worden gestuurd over onder meer vermoeidheid, gewrichtsklachten, kinderwens en incontinentie.

Het MDL team begeleidt nog altijd de opstart van medicatie, beantwoordt de meer ingewikkelde vragen en verwerkt de korte vragenlijst die klaar worden gezet bij het starten van een nieuw medicijn en/of bij een exacerbatie. Er is tijdswinst voor de MDL verpleegkundigen omdat een deel van de ingevulde vragenlijst verwerkt wordt door de TMT verpleegkundigen en meer focus ligt op patiënten met klachten en patiënten die extra aandacht behoeven. Ook blijkt dat dankzij het TMT patiënten in vakantieperiodes tijdig ondersteuning krijgen en het includeren van patiënten soepeler verloopt.

De samenwerking verloopt dus goed en de voordelen zijn zichtbaar. Er is dagelijks afstemming tussen de MDL verpleegkundigen en het TMT team, met ruimte voor directe feedback, wat het loslaten vergemakkelijkt. Er is daardoor zeker sprake van een groeiproces binnen het TMT team. Kennis over het dagelijks leven met een chronische darmziekte neemt met de dag toe. Dat is ook nodig om de stap van monitoren naar echte coaching te maken.

Om het groeiproces te stimuleren zal er twee keer per jaar een uitgebreide casuïstiekbespreking worden georganiseerd tussen met het TMT team. Ook is er standaard om de twee maanden overleg tussen beide teams over de voortgang.

 

De slides van de presentatie van Thea vindt u hier.